Regioblad juli 2018

Regioblad - 15 IN MEMORIAM MIEL Wijn Wijn was voor Miel een middel om pijn te verzachten, om vriendschap te vieren. Ik herinner me gezellige gelegenheden, Miels verjaardagen en jubilea. Ik herinner me ook momenten waarin ik het zelf moeilijk had. Miel was er toen voor mij. Behalve woorden van troost en levenservaring die hielpen om te relativeren en op adem te komen, behalve zijn aanwezigheid en aandacht die goed deden, bracht Miel dan wijn mee. Uiteraard deelde Miel ook wijn in de viering van de Eucharistie. Het was voor hem vanzelfsprekend dat heel de vierende gemeenschap uitgenodigd was om te delen in dit Verbondsteken. Voor Miel geen magisch, onderscheidend en verheven priesterschap gericht op God in den hoge, maar doordachte theologie en op het leven betrokken en compassievol pastoraat. Bijbel Miel kon op een buitengewone wijze de Schriften ontsluiten. Zijn uitleg kwam voort uit een grondig bestuderen en verstaan van de Schriften. Miel las en vertaalde de bronteksten, hij zocht naar wat deze oude literatuur ons willen zeggen.Hij verstond de kunst om in beeldrijke en herkenbare taal de in de Schriften neergelegde levenswijsheid en religieuze ervaringen aansprekend te maken voor lezers en toehoorders in hedendaagse context. Bij bijzondere gelegenheden zoals de geboorte van een kind of het afscheid van het leven, vond hij woorden die het unieke leven plaatsen in een Licht dat perspectief geeft en die het hart raken. Miel laat ons – in een fraaie uitgave – zijn studie na van het protevangelie van Jakobus en daarmee ook kennis over de Anna-devotie en -iconografie; het was zijn afscheidsgeschenk bij gelegenheid van zijn emeritaat. Miel is blijven studeren en vertalen. Toen hij – kort na de viering van zijn gouden priesterjubileum – steeds zieker werd, moest hij noodgedwongen het studeer- en vertaalwerk staken. Uitermate verdrietig. Auto Miel gebruikte zo lang het kon de auto om ’s zondags van kerk naar kerk te rijden. Om naar de zaterdagmarkt in Axel te rijden om vis en vervolgens zijn broer op te zoeken. Om mensen op te zoeken die zijn ondersteuning konden gebruiken – en als de nood hoog was, speelde afstand geen rol en was hem geen moeite te veel. Om naar vrienden te reizen of om op vakantie te gaan. Toch was Zeeuws- Vlaanderen het gebied waar hij zich thuis voelde, Sas van Gent de plek waar hij sinds zijn eerste pastorale opdracht als kapelaan (al verplaatste hij zich toen naar het schijnt met de brommer, een auto kwam pas later) is blijven wonen. Miel heeft zich bij mijn weten nooit werkelijk geroepen gevoeld om enige afstand van betekenis te overbruggen per fiets of te voet. Enkele pogingen daartoe (middels oefening per hometrainer of door een dagelijks wandelingetje) waren nooit een lang leven beschoren en bleken vooral van nut voor hekelliederen ter gelegenheid van een van zijn verjaardagen. Toon Miel had verstand van orgelmuziek, liet het orgel van Sas restaureren en organiseerde concerten. Hij speelde ook zelf orgel. Ik kan me een aantal bijzondere gelegenheden precies voor de geest halen waarop Miels persoonlijke betrokkenheid zich uitte door achter het orgel plaats te nemen en middels muzikale begeleiding letterlijk en figuurlijk te ondersteunen. Miels eigen toon moest je leren kennen, voor de luisteraar op afstand leek het soms een barse bas, terwijl zijn diepste grondtoon warm was en soms ook kwetsbaar. Het heeft ons even tijd gekost om elkaars melodie te leren lezen, maar eens de goede toon gevonden, hadden we nog weinig woorden nodig om elkaar te verstaan. Bij een begroeting aan telefoon of via Skype, gebruikten we enkel nog elkaars voornaam – ‘Koen’, ’Miel’ – en dan startte de conversatie, snel to the point. Of (om de cirkel van dit korte in memoriam rond te maken) aan tafel bij het schenken en voorproeven van de wijn: ’Miel’, ‘Koen’. Een ritueel als exponent van onze vriendschap. In het muziekstuk van het leven dat doorgaat, mis ik nu die unieke toon die toevoegde en het geheel mooier maakte. ‘Miel.’ Maar er komt geen antwoord meer. Koen Jordens MIEL Of ik een stukje over Miel wil schrijven. ’t Mag een half A4’tje zijn. Ik kom Miel voor het eerst tegen op school bij de vrijdagelijkse les catechese (toen nog met een k) aan de vijfde klas; en bij de voor bereidende catechese voor de leerkachten van de St. Aloysiuschool en de St. Michaëlschool. We maken de overschakeling van Met brandend Hart naar de projectenreeksen van het HKI projecten. Het werkt verfrissend en Miel weet waarover hij het heeft. In de elf-urenmis hebben The Blue Devils plaats gemaakt voor een nieuwe samenstelling. Miel vraagt of ik niet bij de op te richten Liturgiegroep van het Jongerenkoor wil komen. Een jaar lang maken we spraakmakend diensten voor Fortaleza, voor schoolbanken in Ethiopië, voor de Vastenaktie in Esquintla (Guatemala); we maken contact met Jan Vandeveire aldaar en met Ralph Allaert, met de familie van Jan in Wachtebeke. En zo raak ik ook betrokken bij de Vastenaktie, eerst de handwerktentoonstelling en de taarten in De Roselaer en later met de fietstocht. Miel sleurt je mee in steeds nieuwe initiatieven. Je hoort bij wijze van spreken pastoor Van Aken naar adem happen, maar hij ziet dat het goed is en dat het floreert. Miel en ik zoeken contact met de werkgroep Vastenaktie in Hulst (o.a. Loek de Kerf en Jan Hulshof en Jan van om een samenwerking te beginnen. Vanuit Sas zetten we een netwerk van contactpersonen op in elke parochie voor de Vastenaktie. We kiezen een gezamenlijk project in Zuid -Amerika, dat ligt Miel na aan het hart. We rijden naar Zeist om een juist project te krijgen. Miel vraagt me mee naar een bijeenkomst om Catechetisch Projecten maken. Ik haak na “Alle Heiligen” af. Pastoor Van Aken heef ondertussen de Werkgroep en Zieken en Bejaarden opgezet en die loopt als een trein. Deze 11-uren Liturgiewerkgroep loopt leeg; een werkgroep voor een nieuw te vormen parochievergadering - parochieraad loopt warm. De Kerkuil timmert stevig aan de weg. Bij de snedigheden op een achterkant staat: Miel, er is geen betere! Miel zet ondertussen een cursus Bijbel lezen en we duiken in het evangelie van Marcus, dat staat mij nog het beste bij. En ja de Pastor wordt pastoor, de eerste pastoraal werker doet zijn intrede. Carine Dochy, de eerste pastoraal werkster treedt aan in de parochie samen met de parochies te Philippine en Westdorpe. De echo vinden we terug in de latere naamgeving van de huidige regioparochie. En dan begint het nog maar: de Interparochiële Vereniging. De inventarisaties wat we zouden willen en wat kan… De zorg is de parochie en zijn parochianen… hoe moet dat allemaal. Miel moet af en toe noodgedwongen rust nemen. Het rapport van het Kaski liegt er niet om. De nieuwe plannen krijgen vorm, die ook invulling moet krijgen. De vrijwilligers, er zijn er veel, maar het aantal krimpt, te weinig aanwas. Miel blijft overtuigt en straalt optimisme uit. Hij gelooft in de mensen. En wat een werk heeft hij niet verzet en op papier gezet. Onze wegen in de parochie gingen uiteen, toen ik als secretaris van de Parochievergadering te Sas van Gent mijn werkzaamheden voor de parochie na 40 jaar ’neerlegde’. Miel bleef tot het niet meer ging. Bernard Willems

RkJQdWJsaXNoZXIy NTgwNDc=